Categorieën
Huurrecht

Jaarlijkse huurverhogingen soms ongeldig (Huurrecht)

Laat uw huurcontract controleren op oneerlijke bedingen. Dat kan geld opleveren (voor huurders) of problemen voorkomen (voor verhuurders).

Oneerlijke bedingen

Vooral de rechtbank in Amsterdam is kritisch over huurovereenkomsten met een “oneerlijke beding”. Bijvoorbeeld een bepaling waarin staat dat de huur jaarlijks mag worden verhoogd met een inflatiecorrectie plus (bijvoorbeeld) drie procent.

Nietig

In een aantal gevallen liep dat slecht af voor verhuurders die een zaak tegen een huurder waren gestart die achterliep met betalingen. De verhuurder vroeg dan ontbinding van de huurovereenkomst en ontruiming van de woning. Maar de rechter vond dat alle huurverhogingen na het begin van de huur nietig waren. Dus gold nog steeds de allereerste huurprijs en had de huurder zelfs recht op teruggave van het teveel betaalde, want de rechtbank keurde het ook niet goed dat de verhuurder in plaats van het contract de regels van het Burgerlijk Wetboek toepaste.

Onterechte verhogingen

Rechters toetsen die zogenaamde “oneerlijke bedingen” ambtshalve, dus uit zichzelf. Iemand die gedaagde is in een procedure hoeft er eigenlijk niet eens om te vragen. Nou was de rechtspraak altijd al kritisch over boetebedingen als het over boetes ging voor bijvoorbeeld verboden onderverhuur via Airbnb. Die bepalingen zijn daarom vaak aangepast en verbeterd. Maar de laatste tijd richt de aandacht zich ook op de jaarlijkse huurverhogingen. Dit kan grote financiële gevolgen hebben voor zowel verhuurders, die niet snel meer zullen overgaan tot het dagvaarden van wanbetalers, als huurders, die een procedure kunnen beginnen om geld terug te krijgen vanwege de onterechte verhogingen in het verleden.

Europees recht

Dit is het gevolg van Europees recht dat door Richtlijn 93/13 EG ook doorwerkt in ons nationale recht. Het Hof van Justitie in Luxemburg deed enkele belangrijke uitspraken over de geldigheid van prijswijzigingsbedingen en Nederlandse rechters nemen die over. De consument wordt sterk beschermd als de andere partij een professionele verhuurder is. Let op: huurders van een bedrijfsruimte hebben hier dus niks aan.

Vrije sector

Er zijn ook andere factoren die een rol spelen, zo moet het gaan om bedingen die in meerdere overeenkomsten worden gebruikt en waarover niet is onderhandeld. De recente uitspraken van kantonrechters zijn vooral interessant voor huurders van een woning in de vrije sector, want bij sociale huurwoningen zal dit niet spelen. Een voorbeeld van een zaak waarin dit speelde is de Bouwinvest-zaak die ook door de pers werd opgepikt, zie dit artikel.

Inmiddels heeft een rechter over deze kwestie zogenaamde “prejudiciële vragen” gesteld aan de Hoge Raad. Anders gezegd: deze rechter wil weten wat de Hoge Raad hier eigenlijk van vindt. De hoogste rechter zal dus nog een oordeel gaan vellen, maar nog onbekend is wanneer.

Denkt dat u een huurovereenkomst met een oneerlijk beding heeft? Neem dan contact op met mr. Van Dalen om de problemen en mogelijkheden te bespreken. Voor huurders en verhuurders.