Categorieën
Huurrecht

Dringend eigen gebruik (Huurrecht)

Dringend eigen gebruik kan een grond zijn om een huurcontract te beëindigen. Maar dat is in de praktijk niet eenvoudig, blijkt bijvoorbeeld uit een uitspraak van het gerechtshof Amsterdam. (ECLI:NL:GHAMS:2018:400)

Woning gekocht op veiling

Een vrouw woont sinds 1998 in de woning. In 2002 is zij gehuwd, uit welk huwelijk twee kinderen zijn geboren. De huidige eigenares kocht de woning op een veiling in 2011. In 2016 is de huur door de eigenares opgezegd wegens dringend eigen gebruik. In datzelfde jaar werd het huwelijk van de huurster ontbonden en verhuisde de man. De woning wordt nu daardoor bewoond door een alleenstaande moeder met kinderen van 12 en 5 jaar oud. De huurprijs is € 155,79 per maand.

Vragen? Bel 06-27129900

Kantonrechter wees vordering af

De huurder stemde niet in met de opzegging. Daarom volgde er een rechtszaak, maar de kantonrechter wees de vordering tot beëindiging van de overeenkomst af. De eigenares gaat in hoger beroep.

Andere passende woonruimte

Het Hof oordeelt als volgt. Voor de toewijzing van zo’n vordering moet ook blijken dat een huurder andere passende woonruimte kan verkrijgen. Dat is niet vast komen te staan en de vordering moet reeds daarom worden afgewezen. De eigenares heeft een groot aantal kopieën overgelegd van aanbiedingen op Woningnet. Die stukken volstaan niet. De huurster heeft aangevoerd dat haar inschrijfduur bij Woningnet veel te kort is om via die weg een woning te kunnen huren.

Zie over dit onderwerp ook het bericht Opzeggen van huurcontract woonruimte

Voorrang voor alleenstaande moeder

De eigenares stelt dat huurster vanwege haar situatie als alleenstaande moeder met twee kinderen in aanmerking komt voor een voorrangsregeling. Met een vonnis waarin het huurcontract is beëindigd, zal zij niet op straat komen te staan. Hierbij verwijst de eigenares naar beleidsregels van de gemeente Amsterdam. Het Hof wijst deze redenering van de hand. De eigenares draait de zaak om. De beschikbaarheid van andere woonruimte moet volgens de wet blijken per datum van het arrest en niet daarna. Bovendien bieden de genoemde beleidsregels onvoldoende zekerheid.

Proceskosten

Het Hof bekrachtigt het bestreden vonnis. De eigenares moet ook de proceskosten betalen, te weten € 314 griffierecht en € 2.682 advocaatkosten. Die kosten worden overigens berekend volgens een puntensysteem, dat zijn niet de werkelijk gemaakte kosten.