Categorieën
Belastingrecht

Geen nieuwe inkeerregeling voor oude feiten


Het legaliteitsbeginsel houdt in dat geen zwaardere straf mag worden opgelegd dan de straf die gold ten tijde van de overtreding. Dit beginsel staat centraal in een recente uitspraak van de Rechtbank Den Haag (ECLI:NL:RBDHA:2018:5929).

Buitenlands vermogen niet in aangifte

In zijn aangiften inkomstenbelasting voor de jaren 2003 tot en met 2014 heeft eiser geen melding gemaakt van buitenlands vermogen. Hij biechtte in een brief van 31 juli 2015 op dat hij in de die jaren vermogen heeft aangehouden op vier buitenlandse bankrekeningen. Daarbij deed hij een beroep op de inkeerregeling. Op grond hiervan mag iemand een verbeterde aangifte indienen zonder dat hij daarvoor gestraft wordt. Maar met ingang van juli 2009 is de wet veranderd.

De vraag was: heeft de inspecteur terecht boetes opgelegd?

Beginsel in internationale verdragen

De rechtbank oordeelt als volgt. Het legaliteitsbeginsel is te vinden in twee internationale verdragen: het EVRM en het IVBPR. De inkeerregeling bepaalde dwingend dat bij inkeer geen boete kon worden opgelegd. Dat is een strafbepaling die valt onder het begrip ‘penalty’ waarover het Europese Hof voor de Rechten van de Mens (het EHRM) zich in het Scoppola-arrest heeft uitgesproken.

De bepaling ziet op het vervallen van het recht van de fiscus tot het opleggen van een boete dus strafvervolging. In samenhang met andere artikelen in de Algemene Wet Rijksbelastingen (AWR) is de inkeerregeling een strafbepaling en niet een bepaling met betrekking tot de uitvoering of handhaving van de straf, een onderscheid dat het EHRM maakte. Dit betekent dat eiser voor de aangiftes die hij deed vóór 1 januari 2010 een beroep kan doen op de oude inkeerregeling. Dus geen boetes. Althans wat betreft het belastingjaar 2008.

Aangiftes na 1 januari 2010

Hoe zit het dan met de latere aangiftes? Eiser beroept zich op de verruimde inkeerregeling die van toepassing was tussen 2 september 2013 en 1 juli 2014. Met die tijdelijke verruiming werd een laatste kans geboden om schoon schip te maken. In deze situatie mist het Scoppola-arrest echter toepassing en die vlieger gaat dus niet op.

Maar de inspecteur past de regels toe zoals die golden in juli 2015, het moment van inkeer. Daarom legde hij een boete op van 60%. De rechtbank is echter van mening dat dat niet correct is. Het gaat om de regels zoals die van kracht waren op het moment dat de belastingaangifte werd gedaan. Daarom matigen de rechters de boetes als volgt: 15% over 2009 en 30% over 2010 en 2011.

Geen prejudiciële vragen

De rechtbank ziet geen aanleiding tot het voorleggen van prejudiciële vragen aan de Hoge Raad, zoals door eiser verzocht. De rechtbank overweegt dat andere rechtbanken ook reeds over deze kwestie hebben geoordeeld en inmiddels zaken bij de Hoge Raad voorliggen.